04 October 2004

Keutel

Ik heb haar sinds De Parade niet meer gezien. Oké, we werken allebei veel en onregelmatig. Onze weekenden vallen nooit samen. Onze afspraken zijn daarom altijd dynamisch. Vier keer zijn we er geweest dit jaar. Vier top avonden. Sushi en rosé. Veel rosé. Zwalkend over het terrein kwamen we op één van die avonden mijn zwangere manager tegen. Of ze mijn vriendin is? Wie?

Na anderhalve maand belt ze me op. De eerste communicatie op wat sms-technologie na:
Hoi, Ik zit in Bangkok. Bel je snel! Kus.

Oh, daar zit ze dus. Met die stewardessen weet je nooit waar en wanneer ze blijven plakken. Mooie verhalen maar onmogelijke bereikbaarheid. Thaise condooms. Ik begin te rillen.

Tegen mijn gewoonte in neem ik de telefoon op. Wat ik vrijdag doe? Werken. O, ja. Dinsdag dan? Dan heb ik al een afspraak. Daarna dan? Te laat, ik moet vroeg op. Welnee, blijf je toch lekker slapen? Wat ik wil eten? Praktisch type. Ze weet zich goed te verkopen of ze wil me echt graag zien. Ik denk het eerste maar romantiseer het laatste. De gedachte aan haar bed is doorslaggevend. Doe maar rode wijn en tapenade. Wierook brandt standaard.

Ik heb helemaal geen afspraak. Ik moet naar Almere. Eén van mijn vrienden is er na zijn trouwen gaan wonen. Een stel zonder vrienden. Als enige vriend mag ik, tijdens hun vakantie, van Amsterdam naar Almere heen en weer om hun twee katten te voorzien en te ontdoen van noodzakelijkheden. Ik ben allergisch voor katten. Na elk bezoek aan een kattenhouder ben ik een uur bezig met mijn kleding te ontharen. Mijn ogen hebben een dag nodig om te herstellen. Ondraaglijke jeuk. Ik haat katten.

Ik draai bij en verheug me op een nachtje Zeeburgerdijk. Waarom is het bij vrouwen thuis altijd gezelliger dan bij mannen? Ik ben jaloers op de huizen van vrouwen. Laat ik eens bloemen voor haar meenemen. Kaas voor bij de wijn. Ik ga trutten. Grunge, sissyboy of sportief? Woensdag stiekem vrij nemen. Samen uitslapen. Ontbijten in de stad. Kunnen we naar de Albert Cuyp en het Waterlooplein. Het liefst in de regen. Regen is goed tegen kattenharen.

Dinsdagavond. Ik sta keutels te scheppen als mijn mobiel begint te piepen.
Sorry, dubbele afspraak gemaakt. Volgende week? Kus.
Sledt!.
Hiehie. Kus.

Ik wrijf in mijn ogen. Krab aan mijn armen. Ik zoek iets om me op af te reageren. Ik vul de etensbakken. Twee enthousiaste kopjes komen op het gerammel af.