Ik maak me zorgen over mijn buik, hij blijft maar groeien. Ik trek mijn shirt strak en laat haar de kogel zien. Ze legt haar handen erop.
"Misschien komt het van de drank," zegt ze.
Haar handen bewegen in cirkels over mijn buik.
"Hebbes."
Ze stopt een vinger in mijn navel.
"Gebrek aan drank dan, ik drink nog geen kwart van wat ik vroeger dronk," zeg ik terug.
"Je beweegt ook minder dan een kwart van vroeger. Toen je meer dronk deed je ook meer."
Oorzaak en gevolg.
Haar handen hebben mijn buik verwisseld voor die van haarzelf. Ze zet haar handen in haar zij, laat ze over haar maag naar het midden kruipen, dan dalen ze recht naar beneden en gaan terug naar de zijkant om net boven haar benen tot rust te komen. Ik steek een sigaret aan en leg de aansteker op tafel wanneer ik de rook uitblaas. Ze heeft me nooit verteld wat haar man doet. Ik confronteer haar ermee.
Ze pakt de aansteker op.
"Hij doet niets."
Er verschijnt een vlam. Ze draait aan het wieltje van de aansteker om de vlam groter te maken.
"Hij is de hele dag thuis."
Terwijl ze praat, kijkt ze naar de vlam.
Met vriendinnetjes speelde ik het spelletje met de lucifers. Je steekt in één beweging twee lucifers aan, je geeft er eentje weg en je houd er zelf eentje vast. De winnaar is degene die het laatst de lucifer loslaat.
"Ik werk en hij zit de hele dag thuis," zegt ze tegen de vlam.
"Rookt hij nog?" vraag ik.
Ze blaast de vlam uit.