De liftdeuren gingen voor mijn neus dicht. Y drukte nog snel op wat knopjes maar de lift kwam al in beweging. Wat doet Y hier - behalve met de lift omlaag gaan?
"Ga je ook naar het hoofdkantoor?" vroeg Y toen ik in de fietsenstalling aankwam. Ze had staan wachten.
"Nee," zei ik, "peukenpauze."
Alliteraties bekken goed.
"Oh," zei Y.
Het was even stil.
"Wil je mijn fiets zien?" vroeg Y.
Vroeger, vroeger liet je in het fietsenhok andere dingen zien.
We liepen naar een door hekken afgesloten gedeelte. Y hield haar pasje voor een scanner en de scanner deed piep.
"Dat is hem!" zei Y en ze wees naar een gifgroen- en witgekleurde mountainbike.
Mensen hebben liefde nodig, maar hebben mensen ook bevestiging nodig?
De mountainbike ging van het slot. Y ging zitten en ze fietste in rondjes om me heen.
"Hij is cool en hij is stoer," riep Y, "net als ik!"
Uh huh. Maar dan zonder identiteitscrisis.
Liefde is de verleden tijd van lief.