Het was geeneens een vijf, mijn voorspelling blijkt weer eens niet te kloppen. Het was een vier. Dus niet een klein beetje niet gehaald maar gewoon grof niet gehaald. Als je iets doet, moet je het goed doen, toch?
Een vijf haal je als je het niet snapt maar toch oeverloze pogingen onderneemt een zes te scoren. Met een vier zeg je niets anders dan: ik heb er niets aan gedaan maar heb uit beleefdheid het examen ingeleverd.
Er is geen man overboord met deze score, nadeel is alleen dat de herkansingen begin november zijn. De bijbehorende baan is al binnen, alleen nog even een sollicitatiebrief schrijven en babbelen, ze hebben al gezegd dat ze me willen hebben, dat ik een diploma overleg is een noodzakelijke bijzaak. Dag nazomer, hallo herfstdepressie. En dan is de zomer nog niet eens begonnen.
Had ik al gezegd dat het verder wel goed gaat? Mijn obsessies nemen af terwijl het drankgebruik juist weer toeneemt, vroeger was het zo dat ze elkaar versterkten. Hoe meer er gedronken werd, hoe obsessiever ik mezelf begon te gedragen. Het is onwaarschijnlijk rustig in mijn hoofd. Of ik ben intussen volledig afgestompt of er staat nog iets te gebeuren dat mij momenteel volledig ontgaat en dat mij vrolijk uit de vermeende roes zal schoppen. Schoppen, die voel je wel.
Het weekend is alweer voorbij en de tas met studieboeken staat onaangeroerd naast mijn bureau. Het is een gave, om half één naar bed gaan en jezelf afvragen wat je in godsnaam hebt gedaan de hele dag waarom je er niet aan toe bent gekomen om de tas met studieboeken überhaupt maar te openen. Morgen weer een dag om de tas open te maken. Na het boodschappen doen. Na het koken en afwassen. Na het opruimen van de was. Na het lezen van de krant. Na het checken van mijn mail en financiën. Als er dan nog tijd over is want ik moet eerst nog een sollicitatiebrief schrijven.