25 February 2022

Zilver

Zo spreek je iemand elke dag en zo is iemand vertrokken. Zo gaan die dingen. Ik was er niet op voorbereid, ik werd erdoor overvallen. Ik had mijn ongefundeerde vermoedens, vermoedens die eerder even betrouwbaar bleken te zijn als mijn mensenkennis of het weerbericht.
 
De Servische is weg. Ze is zwanger en mag van de baas betaald dik zijn en op de bank zitten. Of liggen, dat kan ook, al naar gelang de situatie. Als je zwanger bent is er sprake van een verwekker en dat beïnvloedt de situatie thuis.
 
Ik heb haar telefoonnummer, ik kan haar opbellen zodat ik haar zou spreken maar ik houd niet van telefoneren. Ik houd ook niet van het versturen van berichtjes. Mijn communicatielijnen zijn beperkt.
 
Wat een tijdelijke afwezigheid leek te worden, immers een zwangerschap is eindig, werd een definitief afscheid, de Servische verstuurde een bericht met de niet mis te verstane boodschap. Na de misselijkheid en het kotsen, het baren en het wettelijk verlof komt ze niet meer terug naar de virtuele werkvloer. Het waarom van de uitgesloten terugkeer wordt niet vermeld.
 
Negen maanden lang spraken de Servische en ik elkaar dagelijks. We spraken over het werk, via de computerlijn, het was zoiets als videobellen maar dan zonder beeld. Elke dag hoorde ik haar stem. De Servische weigerde de camera aan te zetten, ik moest het doen met het geluid.
 
Werkgerelateerde communicatie is goed te doen, er is een onderwerp, namelijk werk, je hoeft geen interesse te veinzen of belangstelling te tonen, werk is een gedeeld belang. Het werk verschaft het privilege om iemand op te bellen. ‘Hoe gaat het’ is nooit een aanleiding om iemand op te bellen. ‘Hoe gaat het’ is een reden om de nummerblokkeerfunctie van de telefoon te gebruiken.
 
Qua impact is beeld ondergeschikt aan geluid. Een stem geeft meer informatie. Teleurstelling hoor je terug in iemands stem, net als terughoudendheid. Een stem kan vermoeidheid blootleggen bij een opgewekt gezicht, andersom is niet mogelijk. Het gekreun van iemand die klaarkomt is indringender dan het beeld ervan. Horen is fantasierijker dan zien.
 
Naarmate de negen maanden vorderden sijpelden niet-werkgerelateerde onderwerpen het dagelijks gesprek binnen. Zo zijn er de drie zussen, er is het nieuwe appartement, de temperatuur in Belgrado, de oudste zus die in Berlijn woont, de keuken die niet paste, en de onvermijdelijke coronabesmetting, opgelopen via de zaadgever die wel buiten kwam, hij moest boodschappen doen voor zijn bronstige bloem.
 
Soms zei ze, zonder aanleiding, dat ze in het weekend niets had gedaan, behalve series bingewatchen, hangend op de bank. 

Ik heb geen abonnement op welke streamingdienst dan ook. Buiten het werk heb ik niets om over te praten. Hooguit praat ik over collega’s, of over het weer, als ik door een flinke regenbui ben overvallen.