31 May 2013

Moriaantje

Het bloeit niet, het broeit niet en het boeit niet.

Er lopen geen hakken voorbij, er lopen geen leren jasjes voorbij. Er loopt niets voorbij.

Verderop, om de hoek, zit een uitzendkracht. Een prachtig zwart meisje met elke dag een andere kleurige band in het haar.

De combinatie van kleurige band en stralend gezicht intimideert de misantropie. Er zijn belangrijkere zaken in het leven.

Waar blijft de lente bijvoorbeeld? Waar blijft de zon?

De zon zit verderop, om de hoek.

26 May 2013

14 May 2013

6:00 AM

Een nieuwe dag, een nieuw document, een nieuwe nachtmerrie. Ik word wakker gemaakt door een collega die zegt dat ik voor het afgelopen examen een tien heb gehaald. Het is een collega die geen grappen maakt. De projectleider komt erbij. Hij draagt een gehoorapparaat,  een zendertje bungelt op zijn buik. Hij vraagt naar de stand van zaken. "Het is geen tien," zeg ik, "het is een acht." Consternatie alom. Meisjes uit een film lopen langs en bemoeien zich ermee. Er ontstaan discussies. "Maar het zou een tien moeten zijn." De collega lacht, de projectleider controleert zijn gehoorapparaat. De meisjes spreken een taal die ik wel herken maar die ik niet kan verstaan. "Waar kopen jullie die jasjes?" De meisjes lachen. "Weet je dat niet?" Ik lach met ze mee. Lachen is hetzelfde in elke taal. "Wie van ons is het mooist?" De collega draagt een grafkist. De grafkist is open, van binnen is hij leeg. "Waar is je vrouw?" vraag ik, "waar is het lijk?" De meisjes lachen. "Je bent zelf een lijk." De projectleider onderbreekt het gelach van de meisjes. "Weet je wel waarmee je bezig bent?" De meisjes zijn stil. De collega loopt weg, de meisjes kruipen in de kist. "Nee. Ik heb geen idee waarmee ik bezig ben." Ik heb een hamer in mijn hand. "Waar kopen jullie die jasjes?" De meisjes lachen. "Weet je het niet?" Ik timmer de grafkist dicht. De meisjes zijn stil. De projectleider wijst naar de wekker. Het is zes uur ‘s morgens.

05 May 2013

03 May 2013

There will be blood (3)

Er is veel te doen maar eigenlijk is er niets te doen. Het is zoiets als alle meubelen naar één kant van de woonkamer sjouwen, de opengevallen plekken stofzuigen en daarna de meubels op hun plaats terugzetten. Je hebt hard gewerkt en niemand ziet het verschil. In wezen is er ook geen verschil.

Als je niet laat zien wat je doet, dan heb je niets gedaan. We gaan terug naar school.
"Juf! Juf! Kijk wat ik heb gemaakt!"
En dat uit twintig bacteriënhaarden tegelijk. Bevestiging, bewijs, respons, rapport.
"Dat is keurig gekakt. Niets in het broekje maar alles in het potje!"
Om nog maar te zwijgen over de bijpassende lucht. Onderwijs is ondergewaardeerd, scholing overschat.

Met een lesbische zit ik op het terras van de soos. Het is vrijdagmiddag, de scholen zijn dicht, tijd voor een borrel. Ik moet onder de mensen komen en de lesbische is mens. Ze draagt een net, strak overhemd boven een paar sneakers en drinkt bier.
"Daar woonde ik."
Ik wijs naar de tiende verdieping van de rode flat, aan de overkant van de straat.
"En daar woonde Ingrid."
Ik wijs naar de flat die vanachter de soos opdoemt.
"Mijn vriendin heet ook Ingrid."

Dagelijks worden er werknemers ontslagen, toekomstperspectief neemt af en armoede neemt toe. De lesbische heeft juist ontslag genomen. Dan heb je ballen.
"Ik vind het juist wel grappig," zegt de lesbische daarover.
Ze vindt alles grappig, en lacht voortdurend. Ik lach mee maar ik vind het niet grappig meer.

De innovatievelingen verdwijnen. Ze stellen vragen, uiten kritiek. De uitgang is snel gevonden, al dan niet met behulp van een vertrouwenspersoon of de bedrijfsjurist. Je moet je mond houden en in de pas lopen, hoe vurig ze het tegendeel ook beweren. Niemand is te vertrouwen, zelfs zij niet die hun functie eraan ontlenen.
"Ik vraag me af wat ik er nog doe."
"Dat vraag ik me al jaren af."

Als je erbij wil horen moet je meedoen, maar meedoen betekent nog niet dat je erbij hoort. Je wordt nooit een deel van de familie als het jouw familie niet is. Je bent een indringer en geen deel van de geschiedenis. Geschiedenis is de motor die de boel bij elkaar en draaiend houdt. Niet dat ik hunker naar een familie, wel onderken ik het verlangen naar een thuis. Zonder thuis geen verlaten.

De soos was ooit thuis, waarschijnlijk daarom spreek ik er graag af. Het is veranderd, maar niet vervlogen. Er zijn wat spullen verplaatst, de keuken en de bar zijn vernieuwd maar niemand ziet het verschil. Het publiek drijft mee op de waan van de dag. Een spiegel is om foto’s van jezelf te maken en reflectie is iets voor oude mensen.

We drinken halve liters Heineken, eten bitterballen en vlammetjes en roken Lucky Strike. Ook wij zijn veranderd.
"Eigenlijk ben ik gestopt."
"Ik eigenlijk ook," zegt ze.

Tolereren leidt niet tot accepteren, imiteren niet tot integreren. Je wordt gedoogd en staat erbij als een gedekte tafel in een afhaalrestaurant.

01 May 2013

I guess I'm allergic



Ctrl N is een nieuw document. Uit het raam kijken is dromen.

Het hoofd moet rusten en het lichaam moet bewegen. Ik denk dat de therapeut dát bedoelde. Kwaaltjes openbaren zich niet voor niets. Ze verkondigen een boodschap waarnaar je je maar hebt te schikken. Alles heeft een reden en als je van de trap af valt dan ben je snel beneden.

Op de televisie kun je belangrijke beelden zien. Beelden die de hele wereld over gaan - en uiteindelijk overgaan. Een vrouw in een blauwe jurk, mannen in kapiteinspak met zwaard. Carnaval is vroeg dit jaar.

Het is Koninginnedag 2013 en ik ga naar de vrijmarkt op de perifere oevers van mijn bestaan. Als een feestdag er is om te feesten dan is de vrijmarkt er om te vrijen.

Half Nederland zit voor de televisie en kijkt naar het carnaval. Ander half Nederland zit niet voor de televisie. Dat zit buiten achter een tafel met aftandse spullen van zolder, of loopt langs iemand die buiten achter een tafel met aftandse spullen van zolder zit.

Hemoglobine geeft kleur aan het leven - voor zover er sprake is van leven.

Het is een zonnige dag. Niet zonnig in de zin van rokje en haltertop, maar zonnig in de zin van droog, oranje kledingstukken en plukjes oranje haar. Meedoen verbroedert en verbindt - verliefd en verblind.

Misschien gaan mijn ogen achteruit, en is dat de oorzaak van de hoofdpijn.

Ik neem kleine stappen, mijn knieën kunnen niet meer aan. Het gaat iets beter. Niet veel, maar het gaat beter. Geduld, rust en bewegen. En stap voor stap. Met kleine stapjes overbrug je geen kloof, dat moet met een sprong. Je kunt de kloof ook laten voor wat hij is en blijven staan. Van blijven staan is nog niemand doodgegaan. Van over een kloof springen daarentegen ...

Koninginnedag kan verraderlijk zijn, de vrijmarkt is een bacteriënfestijn. Wie zijn billen brandt moet op de blaren zitten en wie niet horen wil moet voelen. Voor de zekerheid draag ik een sjaal.

"Kijk je wel een beetje uit," zei Kim nog.