Maandag was de dag van het oordeel, de dag van het beoordelingsgesprek. Elk jaar in november wordt het personeel afgerekend op haar functioneren in het afgelopen jaar. In het verlengde daarvan ligt, ook niet onbelangrijk, de bijbehorende salarisverschuiving. Naar mijn eigen bescheiden mening heb ik bovengemiddeld gepresteerd. Mijn teamleider is een andere mening toegedaan: ik heb gemiddeld gepresteerd. Sterker, er zijn wat zwakke plekken ontstaan. O ja? Ja.
De directheid in mijn communicatie wordt niet door iedereen gewaardeerd. Cynisme en ironie zijn stijlfiguren die mijn directe collega’s niet kennen. Ziehier het niveau van de werkvloer. Zouden ze wel eens een boek lezen of komen ze niet verder dan de veronicagids? Het meeste commentaar komt van onze troetelallochtoon. Ons bedrijf heeft een vooruitstrevend vrouwen- en allochtonenbeleid. Bij mijn beoordelingsgesprek valt drie keer de naam van Toon.
Sinds kort werkt Toon op mijn afdeling. Hij heeft promotie gemaakt. Denkt hij zelf. De directie denkt anders. De directie is politiek correct bezig. Kijk eens naar de vooruitgang van onze Toontjes! Kunnen ze goede sier maken bij de subsidiërende instanties. Toon is bij ons gedumpt zodat het lijkt alsof onze Toontjes niet stilstaan maar duidelijk progressie boeken. De enige progressie die ik zie is de progressie in het ziekteverzuim. Toon heeft vaak last van de onzichtbare aandoening hoofdpijn. Ook heeft Toon last van zijn rug. Ik opper dat het komt door zijn kruiperig gedrag. Dat mag ik dus niet zeggen. Of het nu humor is of niet, door de stoïcijnse blik die ik trek wanneer ik het zeg valt iedereen stil. Ik ben een van de weinigen die ziet wat er gebeurt. Daar maak ik ook geen geheim van. Maar mensen op hun zwakheden en tekortkomingen wijzen past niet binnen ons keurig bedrijf.
Onze branche is goed voor het gewicht. En het libido. Op het eerste gezicht zie je een hoop mensen met overgewicht. Maar, als je beter kijkt, zie je dat het zwangere vrouwen zijn. Dat is fijn voor ze. Na verloop van tijd mogen ze ongegeneerd vier maanden thuis gaan zitten. Met wat voor- en naweeën erbij komt dat al snel op een half jaar betaald verlof. Dit mag ik niet aanhalen wanneer er vragen worden gesteld over onze achterstanden, waarom wij onze targets niet halen. Nee, zwangere vrouwen zijn heilig bij ons. Waarom vraagt nooit iemand zich af hoe onze moeders dat deden?
Open communicatie is onze eerste huisregel. Waarschijnlijk interpreteer ik de regel fout. Ik zeg wat ik denk, dat is open communicatie. Niet dus. Open communicatie is zeggen wat anderen willen horen. Open communicatie is de bedrijfsfilosofie uitdragen. Geen kritiek leveren. Geen eigen mening geven. Geef alleen je mening als je zeker weet dat het ook de mening van je leidinggevende is. Ga eerst het gesprek met je leidinggevende aan. Filter zijn/haar mening en draag het uit alsof je het zelf hebt verzonnen. Een begrijpend knikje van het hoofd van je leidinggevende zal je beloning zijn. Dat is open communicatie.
Drie van de Toontjes van mijn team, of beter, twee Tonen en een Teuntje, hebben de illusie dat als je een tijdje overdag niet eet en drinkt, je jezelf reinigt. Dat is gezond. En dan denk je aan de mensen die dat elke dag meemaken. Daar wordt je een beter mens van. Na twee weken van een beter mens worden melden Toon en Teuntje zich ziek. In de derde week blijft de andere Toon ook thuis. Tegen Toon zeg ik, wanneer hij weer in functie is en doet waarvoor hij betaald wordt, dat hij vast goed gereinigd is. Dat een tijdje niet eten en drinken al je ziektekiemen naar de oppervlakte haalt en dat hij daar nu mooi vanaf is. Dat een tijdje niet eten en drinken goed voor je lichaam is. Dat Toon maar mooi een gezonde jongen is. Dat een tijdje niet eten en drinken een mooie maar dus ook een slimme actie is. Dat het een waardevolle houvast biedt in je leven door daar in te geloven. Dat mag ik dus niet zeggen.
Naast mijn openheid wordt ook mijn directheid bekritiseert. Ik zit nog geen jaar bij dit team. Mijn leidinggevende zegt dat men erg aan mij moest wennen. Omdat ik zo direct ben. Goh, daar hadden ze op mijn vorige team juist geen problemen mee. Daar zorgde mijn directheid voor een uitstekende beoordeling en, maar dat terzijde, tien procent extra. Dat kan ik nu wel vergeten. Ik moet mij aanpassen aan de ruggengraatlozen om me heen. Ze breken al wanneer ik naar ze kijk. En dan moet mijn tong nog beginnen.
Humor is al helemaal teveel gevraagd voor de tere zieltjes om me heen. Ooit deden we een nulmeeting naar het kennisniveau van onze afdeling. De winnaar van mijn team scoorde vierendertig punten. Ik duidde haar vanaf dat moment aan als Mevrouw Vierendertig. Mevrouw Vierendertig nog een kopje thee? Mevrouw Vierendertig, telefoon! Eet smakelijk, Mevrouw Vierendertig. Mevrouw Vierendertig vond dat niet echt leuk. Na twee dagen nam Mevrouw Vierendertig me apart en vroeg stotterend, met rood aangelopen hoofd, wat ik daar nou steeds mee bedoelde en of ik daar mee op wilde houden. Assertiviteitstraining gehad, Mevrouw Vierendertig? Of was dit nou juist de feedbacktraining? Bij feedbacktraining leer je tegen iemand zeggen dat je iets wat de ander zegt of doet niet leuk vind. Goed opgelet, Mevrouw Vierendertig! Wat een slimme meid ben je toch. Ik besloot het trillende vlees voor me uit de ziektewet te houden en beloofde haar voortaan bij haar voornaam aan te spreken. Hoe heet je ook alweer?
De toekomst van het personeelslid is ook onderwerp van gesprek bij de beoordeling. Mijn leidinggevende oordeelt over mijn toekomst dat een leidinggevende functie er voor mij niet in zit. Oh? Omdat ik geen hielen lik. Omdat ik mijn ellebogen alleen gebruik om op mijn bureau te steunen. Omdat ik een weerwoord geef, ik bied tegengas, ik praat niemand naar zijn mond. Omdat ik beslissingen in twijfel trek. Omdat ik niet de hele dag loop te verkondigen wat ik allemaal gedaan heb. Omdat ik niet enthousiast en gemeend geïnteresseerd vraag hoe het weekend is geweest en heel gevat, met een knipoog erbij, vraag of ze lekker hebben uitgeslapen op zondag. Omdat ik niet uitgebreid over mijn privéleven vertel, waarin iedereen natuurlijk erg geïnteresseerd is. En omdat ik niet van die leuke, originele ideeën heb voor een teamuitje. En vervolgens schitter door afwezigheid omdat ik er geen zin in heb een hele avond met mijn collega’s door te brengen maar liever met mijn eigen vrienden de kroeg in duik. Vrienden die ik zelf heb gekozen. Ik heb genoeg personeelsborrels voorzien van drank. Wat een triestheid. Kijk ons eens gezellig zijn. Kijk ons eens gek doen. Collega’s zijn inherent aan het werk maar ook niet meer dan dat. Val me buiten de toegangspoorten dan ook niet lastig met jullie geneuzel, met jullie verhalen over jullie armzalige leventjes. Nee, niets van dat alles. De vrijgekomen plek voor onderbaasje op het team is voor Teuntje. O, dat vermoedde je al?
Het eindoordeel is goed 'met een gouden randje'. Alsof je op een gouden wc beter kan schijten. Vanwege mijn hoge productie. Logisch, iemand moet het werk doen. De rest is te druk bezig met ouwehoeren, zich profileren, vergaderen en zwanger dan wel ziek zijn. Als tip krijg ik mee dat ik me iets socialer moet opstellen, iets meer interesse in mijn collega’s moet tonen. En wat vriendelijker moet zijn tegen Toon. Ben ik niet vriendelijk dan? Ik zeg na de zoveelste ziekmelding tegen hem dat hij het maar rustig aan moet doen, tot hij zich wat beter voelt. Dat doet hij dan ook. Elke dag.
Of ik iets tegen de Toontjes heb? Welnee. En dat mijn stille liefde haar baarmoederhals heeft laten bevuilen met Noord-Afrikaans zaad heeft er ook niets mee te maken. Echt niet.
Aan Sinterklaas vraag ik twee fluwelen handschoenen om iedereen zo zacht mogelijk mee aan te kunnen pakken. En een grote pot vaseline zodat ik mijn arm er in één keer tot aan mijn elleboog in kan jagen. Ik ga handmatig de ziektekiemen verwijderen.