17 January 2006

Iemand (2)

Ik loop terug naar mijn barkruk en ga weer naast haar zitten.
"Mooi meisje."
Hoe gekker, hoe mooier.
"Je hebt smaak. Dat was het eerste dat me opviel aan jou. De meeste mannen hebben geen smaak. Die hebben een lul."

Geen spoortje jaloezie. Meestal wanneer een vrouw jouw aandacht verliest vanwege een andere borstenpartij worden feilloos de minpunten naar boven gehaald. Truitje te strak of te wijd, cup te groot of te klein, hakken te hoog of te laag. Teveel of te weinig kont.

"Ze heeft een mooie tatoeage. Boven haar kont."
Hoe kan zij dat nou weten?
"We hebben laatst foto’s gemaakt. Zij was er ook bij."
Ze hadden zeker allebei geld nodig.
"Nee, meer uit verveling. Meisjes doen heus niet alles voor geld."
Ik heb er nooit voor hoeven betalen.
"Ze vol met drank gooien komt op hetzelfde neer, eikel."

Er komen drie kutjes binnen. Klein, alle drie.
"Te hoge hakken. Veel te hoog. Ze lopen als mongooltjes. Nee, nee, eenden! Het is een eendenfamilie."
Charmant is dit inderdaad allerminst te noemen.
"Kwak, kwak."
Ze is gewoon jaloers omdat zij zulke schoenen niet kan betalen.
"Niet waar. Ik heb geen hakken nodig om een mooie houding te hebben."

Ze gaat staan. In plaats van mijn hoofd mee te draaien kijk ik weer naar te jong aan de andere kant van de bar en fantaseer over haar tatoeage en het gedeelte van haar lichaam daaronder. Vrouwelijke rondingen komen aan de achterkant beter tot hun recht dan aan de voorkant. Heeft er ook mee te maken dat aan de voorkant de overbodige woordenbrij hun lichaam verlaat. Houd je mond, het gaat mij om je rondingen.
"Kijk dan."

Iedereen heeft geld nodig. Mensen zoeken geen geluk maar ze zoeken geld. Geluk is niet te koop. De illusie van geluk wel. We leven in een illusie want de werkelijkheid is niet leefbaar. Er is geen doel, er is geen drang. De werkelijkheid zadelt ons op met dwangmatigheden, met verplichtingen. De illusie is de maakbare werkelijkheid van geluk.

Ik kijk. Precies op dat moment heeft ze zich helemaal omgedraaid. Ik kijk tegen haar achterkant aan. Ze heeft gelijk. Ze wrijft over haar heupen.
"Kijk dan. Zo horen heupen te zitten. En dit zijn billen."
Haar handen volgen haar woorden.
"Echte billen."
Gevalletje puur natuur.
"Als zij daar naakt voor je staan dan heb je twee puddinkjes in je handen."
Ik houd inderdaad niet van pudding. Na het eten drink je koffie.

"En moet je die paardenbek zien. Ze hadden vroeger zeker geen geld voor de tandarts."
Ik begin te lachen. Vrouwelijke logica. Er mankeert niets aan haar ogen.
"Ik heb ook wel eens een wortel in mijn mond gestopt, hoor."

Ze drukt haar handen op de onderkant van haar rug.
"Zo accentueer je een vrouwenlichaam. Daar heb ik die schoenen niet voor nodig."
Ze kijkt me uitdagend aan.
"Je kunt mij een hoop vertellen maar dit lichaam heeft je nooit teleurgesteld."
Het zijn mijn eigen woorden.
"Het zijn je eigen woorden."
Ze kijkt naar mijn kruis.
"Al hoefde je het niet eens te zeggen."
Ze steekt het puntje van haar tong uit. Ik heb een stijve gekregen.
"En dan heb ik je nog niet eens aangeraakt."
Vrouwen praten misschien veel maar mannen zeggen teveel.