Iedereen vertelt vakantieverhalen, "alles goed" is vervangen door "ga je nog op vakantie." Misschien, ik moet wennen aan de zon. Dat kost tijd.
Ouders en stiefouders, broers en zussen met aanhang, drie vriendinnen en ik. De wereld wordt kleiner, ook hier. Geen make-updozen meer. Alle werelden worden kleiner, al dan niet gebaard. Wel een teken dat ik steeds dichterbij kom, ik word niet uit beleefdheid uitgenodigd. Beleefdheid bestaat niet meer in de huidige maatschappij. Beleefdheid is de wc doortrekken wanneer je ergens op visite bent. Degene die na jou de darmen leegt mocht eens op rare ideeën komen, voor je het weet vliegt je eigen stront je om de oren. Ze draagt dezelfde jurk als vorig jaar, dezelfde inkijk, dezelfde blote voetjes eronder. Enig verschil zijn de wallen onder haar ogen.
"Gisteren uit Mexico teruggekomen."
Wat ze nog meer heeft meegenomen valt met het blote oog niet te zien. Het souvenir uit Bangkok blijft achterwege. Komt op zich goed uit, ik heb ook geen cadeau gekocht. Cadeaus zuigen, aanwezigheid is een gift.
Iedereen vertelt vakantieverhalen, politiek doen we hier niet aan. Dat uit deze circusattractie zulke leuke kinderen zijn gekropen is een politieke uitspraak. Afgunst is een gunst.
Vriendin één ziet eruit alsof ze elk moment in tranen kan uitbarsten. Ze zegt niet veel. Ik ken alle verhalen die hier spelen maar ik weet niet meer welk verhaal bij welke vriendin hoort. Ze heeft de rugleuning van de stoel waarop ze zit naar de muur gedraaid. Mooie kop met haar, haar donkere ogen maken haar gezicht bleker dan het in werkelijkheid is. Een muurbloempje dat straks in één keer de overstap zal maken naar de geranium. Vriendin twee is de spreekwoordelijke karikatuur. Hondsdroeve ogen boven een te grote neus, daaronder naar beneden gerichte clownslippen. Ze spreekt alleen wanneer de jarige in de buurt is, en dan praten ze niet maar dan voeren ze een toneelstukje op. Geen wonder dat haar vriendje er vandoor is, ze moet het eens met een vrouw gaan proberen. Vriendin drie was er ook met de verhuizing. Ik stond bovenaan de trap, zij halverwege. Ik liep naar beneden en stuurde de aangever naar boven. Het oog wil ook wat. Na de verhuizing reageerden de meiden zich af in het Kruidvat, ze kocht een doorschijnende tuniek. Ik liep de kamer in toen ze het stond te passen. Ze waren mooi.
"Er hoort een topje onder, hoor."
Dat vind jij. Ik ga op het balkon staan en bekijk de binnentuin. Rechts op driehoog staat iemand met een verrekijker. Ik open mijn gulp, haal mijn lul tevoorschijn en zwaai. Driehoog rechts doet het gordijn dicht.
Iedereen vertelt vakantieverhalen, mensen die niet werken hebben het hele jaar door vakantie. Ik werk het hele jaar door en heb nooit vakantie, daar valt dus ook niets over te vertellen. Het verschilt niet veel met de rest, ze hebben ook niet veel te vertellen. "Je moet erbij zijn geweest." Ik was er niet bij dus het is niet leuk.
Opvallend is de afwezigheid van mobieltjes, of is er hier sprake van toegenomen volwassenheid? Je telefoon uitzetten omdat het zo hoort is geen beleefdheid maar gewoon dom want dan ben je de functionaliteit van het apparaat vergeten. Mijn telefoon staat uit omdat ik geen berichten verwacht. Dit jaar niet. Stoorde het mij voorheen dat iedereen met de piepende onruststokers zat te spelen, nu stoort het gebrek aan de nadrukkelijke aanwezigheid ervan me juist. Misschien verwachten ze ook geen berichten, is er intussen duidelijkheid over de verloren liefdes en zijn er vooralsnog geen nieuwe gegadigden. Een sportschool zou ze op weg kunnen helpen. Net single geworden? Word lid van een fitnesscentrum. Of ga in de horeca werken. Natuurlijk, een bericht kun je ook ’s nachts lezen. Of de volgende dag. Beter is niet te lezen. Wanneer het bericht wordt verzonden is het moment namelijk alweer voorbij.
Iedereen vertelt vakantieverhalen, ik denk aan de zwangere thuis. Die gaat ook niet met vakantie. Die heeft nooit meer vakantie.
Na haar verhuizing ben ik hier één keer eerder geweest, beetje stoeien met elektra. Ik won. ’s Avonds Thai gehaald en opgegeten in een verlaten ouderlijk huis, al haar spullen zaten nog in de verhuisdozen. Mooie buurt, ik heb hier zelf een jaar gewoond. Goed jaar, misschien wel het beste. Daarna begon het verval waarvan ik de oorzaak nog steeds niet heb kunnen blootleggen. Op school interesseerde geschiedenis me nooit, wat is het belang van wat is geweest? Nu weet ik beter. Niet de toekomst bepaalt wie je bent, de geschiedenis bepaalt wat je bent. Grote verhalen over wat ze allemaal willen gaan doen en wat ze allemaal willen zien. Yeah. Vertel me wat je hebt gedaan en wat je hebt gezien. Om te weten waar je nu staat dien je jezelf te realiseren hoe je daar gekomen bent. En daar ligt de crux. Ik weet niet hoe ik hier gekomen ben, waardoor alle plannen die ik had en heb inferieur zijn geworden.
Iedereen vertelt vakantieverhalen, plannen is vervangen door wat was gepland. Ik plan niet, al mijn plannen worden overschaduwd door verwachtingen. Wees realistisch, de voortschrijdende tijd is de enige realiteit.
De koelkast is gevuld met kaas, olijven en rosé. Tweehoog is minder erg dan vijfhoog.
"Ik heb een quiche zonder kaas voor je gekocht."
Dat is lief van je maar op olijven en rosé red ik het vanavond ook wel. Binnen schaart iedereen zich rond de uitklapbare tafel, IKEA is goed voor de kleinbehuisde. Ik schenk nog eens in en blijf op het balkon staan. Ik heb dorst, geen trek. Vanuit de keuken klinkt "kutwijf", een andere stem vervolgt met "maar wel een lekker kutwijf". Inderdaad, een lekker wijf. Met die woorden begroet ik haar dan ook wanneer ze via de keukendeur het balkon op loopt. Ze legt haar rechterhand in mijn middel en ze mikt haar lippen op de mijne. Dezelfde spijkerbroek als vorig jaar, glimmende riem voor het accent op de heupen, de laarzen verruild voor slippers. Ongelakte teennagels.
"Heb je een sigaret voor me?"
Voor zulke lippen wel, niet alle lippen verdienen het accentueren ervan. Niet iedere rokende vrouw stimuleert je fantasie. De vlam die ik haar voorhoud begeleidt ze met haar linkerhand naar haar mond. Niet andersom, niet het hoofd buigen, master en servant. Ik leg mijn armen weer op de balkonrand en kijk naar de binnentuin. Ze legt haar vrije arm op die van mij en gaat met haar heupen tegen me aanstaan.
"En?"
Iedereen vertelt vakantieverhalen, alles goed is vervangen door ga je nog op vakantie. Nee, ik ga niet op vakantie. Wanneer ik eindelijk ben geacclimatiseerd is het alweer tijd om te gaan.