Fatima
dronk een sapje, ze was met de auto. Zou ze überhaupt wel eens
dronken zijn?
'Wat doe je na het werk, 's avonds?' vroeg
Fatima.
'De gordijnen dicht.'
In Amsterdam wonen en dan
met de auto naar het werk. Ze droeg de spijkerbroek met haar
motorlaarzen. Ik had ‘s morgens één van de nieuwe overhemden
aangetrokken.
'Spraakzaam type,' zei Fatima.
In de
herrie van DJ Kont was geen sprake van spreken.
'Niet praten
maar poetsen,' zei ik. Dat stond in mijn beoordeling. Zo’n type was
ik.
Fatima stopte kauwgom in haar mond. Toen zag ik
Manager.
'Manager!' riep ik te enthousiast.
Ze droeg iets
rozigs, met rode laarsjes.
'Hallo,' deed de mond van de
manager. Ze keek blijer dan dat ze het zei. Manager is directeur
geworden en leidt een andere divisie.
'Pinku!' zei ik. 'En je
haar! Je lijkt wel een meisje!'
Een hand ging door de frisse
coupe. Ze bloosde en keek naar de grond. En dat heeft er tegenwoordig
vijfhonderd onder zich. Verlegen, als een meisje inderdaad. Manager
keek naar Fatima.
'De beste wensen,' zei Manager.
Ze
heeft een account bij LinkedIn, ik niet meer. Manager zwaaide en liep
door.
Fatima had haar mobiele telefoon gepakt. Het had
weinig zin om nu iemand te bellen. Een mobiele telefoon is ook niet
om mee te bellen. Een mobiele telefoon is om anderen te laten zien
dat jij er naar kijkt.
'Wat doe jij ‘s avonds, na het werk?'
vroeg ik toen maar.
'Wat?' zei Fatima.
'Leuk.'
Een
serveerster hield een dienblad voor en ik gehoorzaamde. We zwegen en
keken naar waar het gezellig was. Aan een tafel zaten de Chinezen te
eten. Ik had geen trek in Chinees.
Vorige maand was ik bij
één van de Chinezen thuis. Ze heeft een autistisch kind. Het was
een leuk jochie, ik merkte geen verschil met andere kinderen. Later
vroeg ze of ik bleef eten, maar dat wees ik af. Ik voelde me bezwaard
en zei dat ook. Ik had niet in de gaten dat het eten al klaar was,
dus toen gaf ze het mee naar huis. Dat hoort er zeker bij.
Uit
het niets stond Kaal voor me. Kaal stak zijn hand uit.
'De
beste wensen nog!' schreeuwde hij. Zijn schedel weerkaatste de
discoverlichting van de dansvloer.
'Jij ook.'
'Leuke
vriendin heb je!'
Vriendin?
'We zagen haar op een feestje.
Mijn vrouw spreekt ook Spaans.'
Spaans?
'Nou ja, een beetje
dan.'
Ik ken wel een Spaanse.
'Via de fabriek kwamen we op
jou. Dat is mijn vriendje, zei ze.'
Vriendje.
'Echt
een heel leuke vriendin!' schreeuwde Kaal.
'Leuk.'
Dan moet
ik maar snel de rente van het vriendje zijn gaan innen.
'Wat?'
zei Kaal. Ik reageerde niet en Kaal wist even geen vervolg.
Janine liep langs. Natuurlijk, ook dat nog.
'Hé,' zei
Janine. 'Heb je het gezellig?'
'De beste wensen nog!' schreeuwde
Kaal opnieuw en vluchtte weg.
'Echt heel gezellig,' zei Fatima.
'Wat?' zei Janine.
Waar Kaal stond, stond nu ineens
Homo. Hij stak een zweterige hand uit.
'Het allerbeste,' zei
Homo. Na afloop van de kerstborrel had hij van de overgebleven drank
het pak appelsap meegenomen. Ik moet vriendelijk blijven, Homo heeft
nog steeds contact met Sheng.
'Het is voor het eerst dat ik jou
in een overhemd zie.'
Misschien ziet hij me liever zonder
overhemd.
'Hoe was de appelsap?' vroeg ik. Appelsap is goed
voor de zuurgraad van je zaad.
Homo keek naar het glas in zijn
hand. Het was leeg.
'Ik ga weer. Prettige avond verder,' zei
Homo.
Spraakzame jongen, type niet praten maar prikken. De één
stopt euro’s in een overhemd, de ander in zijn achterwerk.
'Doe
de groeten aan Sheng,' zei ik.
'Wat?' zei Homo.
Janine
had zweetdruppels op haar voorhoofd.
'Heb je gedanst?' vroeg
ik.
'Nee, die is er niet,' zei Janine.
'De muziek staat te
hard,' zei ik.
'Oude zak,' zei Janine.
De serveerster liep
langs en ik bediende mijzelf. Janine dronk witte wijn.
'Leuk,
een wit overhemd met een zwart rokje,' zei ik tegen de
serveerster.
'Wat?' zei de serveerster.
'Proost!' zei ik,
en hief het glas.
'Waar zijn je vrienden?' vroeg
Janine.
Vrienden.
Geen idee.
'Wat?' zei
Janine.
'Geen idee.'
'Dan sms je toch even?'
'Mijn
telefoon ligt boven.'
'Dan ga je hem ophalen.'
'Wil je van
me af of zo?'
'Ik ben al van je af.'
Janine keek naar
Fatima.
Fatima draagt sinds kort een designbril. Ze wil geen
meisje meer zijn. Afstuderen, auto, designbril - in die
volgorde.
'Wat een mooie bril,' zei Janine.
'Wat?' zei
Fatima.
De één stopt euro’s in zijn neus, een ander zet ze
erop.
'Als de serveersters goed doorlopen, dan heb ik straks ook
vier ogen,' zei ik.
'Niet lullen maar vullen,' kauwde Fatima.
Ze stopte de mobiele telefoon weg. We hadden genoeg
gezien.
'Fijne avond nog,' zei Fatima en vertrok, waarschijnlijk
op zoek naar passende vulling.
Fijne avond. Prettige avond.
Prettig weekend. Waarom zegt er niemand gewoon doei? Waarom moet het
allemaal fijn en prettig zijn? Dat maak ik zelf wel uit.
De
Chinezen waren uitgegeten en keken doelloos om zich heen. Toen ze mij
zagen staan, zwaaiden ze. Ik zwaaide terug.
'Dat schiet nogal
op, naar elkaar zwaaien.'
'Heb jij geen hekel aan
nieuwjaarswensen? Gelukkig nieuwjaar, de beste wensen, heb je een
leuke kerst gehad? Rot op met je verwensingen, ze menen er niets
van.'
'Als je erbij wil horen dan moet je ook de dingen doen
die erbij horen,' zei Janine.
Niet praten maar blaten.
'Wat?'
zei Janine.
'Vorige maand was ik bij één van die Chinezen -
laat maar zitten.'
'Oké. Ik ga,' zei Janine. 'Doei.'
Ik
had me voorgenomen om Freud voortaan thuis te laten. Als zij dat nu
ook zouden doen. Als zij nu eens, allemaal, voortaan thuis zouden
blijven.
'Gelukkig nieuwjaar Janine,' zei ik, maar ze hoorde
het niet meer.
Want zo'n type is ze.
De muziek ging uit en
een pak nam het woord. De Chinezen kwamen bij me staan.
'Ik heb
een kalender met Chinese meisjes over,' zei Jenny na het urbi et orbi
van de directievoorzitter.
'Zal ik hem morgen voor je
meenemen?'
Alsof de dag er ook maar iets toe doet.