01 August 2013

Zero

Na negen maanden, I kid you not, kom ik erachter dat er een borreldislist is. Dat is niet het probleem. Integendeel. Er blijkt dus weldegelijk een groepje collega’s te zijn dat regelmatig gaat borrelen. Er wordt een mail verstuurd en er wordt geborreld. Zo simpel kan het zijn (en zo simpel is het ook).

Sinds mijn komst hier beklaag ik mezelf over het gebrek aan gezamenlijke bierconsumptie. Ik zie het niet of ik wil het niet zien - ongeveer net zoiets als met de werkzaamheden die mij zijn toebedeeld.

Ik vraag aan de officier van dienst of ik op de dislist mag. 'Tuurlijk mag dat,' zegt de officier. Dat is ook niet het probleem. Ik krijg de dislist onder ogen. Dan zie ik het probleem. 

Iedereen staat erop. Iedereen die hier ooit een bureau heeft aangeraakt staat erop. Trainees, ex-collega’s, teamleiders, managers, zelfs de nieuwe geraffineerde overbetaalde kutsnol staat erop. Iedereen die ook maar iets te maken heeft of heeft gehad met de verdieping waar wij ons salaris bij elkaar schrapen staat erop. Iedereen. Behalve ik.

Dat is het probleem.

De conclusie is duidelijk: Er wordt mij niets verteld. Niets over de werkzaamheden, niets over de systemen, niets over verbanden tussen de input en output en niets over borrels. Niets, nul komma nul, njiente, noppes, nada, nothing, nichts.

Zoek het zelf maar uit.

Is het omdat ik stink? Of is het omdat ze bang voor me zijn? Zijn ze bang voor mij vanwege hun eigen stank? De strategische positionering van organisatieadviesbureaus. Of, in normaal Nederlands: Practise what you preach.