Wat je bezit, kun je verliezen. Je geheugen, je vrouw, je harde schijf, je bent ze kwijt voordat je het in het gaten hebt.
Maar ook wat je niet bezit, kun je verliezen. Wilde haren en dierbaren zitten niet in je broekzak maar verdwijnen als je even met je ogen knippert. Ze doen dit vaak samen, niet meer dierbaar zonder wild haar.
Dierbaarheid heeft de bedrieglijkheid van verse vis in de brandende zon. Het glimt verleidelijk maar als je dichterbij komt, begint het onomkeerbaar te stinken.
Toenadering slecht muren die je beter had kunnen laten staan.