26 February 2007

Properties

De barkeeper ziet onze hoofden door het raam en heeft de fles al in zijn handen wanneer ik bestel. Ik vraag er een leeg espressokopje bij en gebied hem het te vullen. Hij schuift het kopje en de twee glaasjes naar ons toe, ik schuif het kopje terug. "Espresso mag toch wel?" Ik til het kopje op om het aan te reiken terwijl zijn hand naar voren schiet om het kopje op te pakken. Een gedeelte van de inhoud klettert op de bar. Het tweede rondje espresso zal ons door hem worden aangeboden. Ik houd mijn handen de volgende keer thuis.

De overgang is oké maar voldoet niet aan de verwachtingen. Hoe volwassen je ook bent, hoeveel ervaring je ook hebt, valkuilen zijn en blijven er altijd. Ze zijn vergeten dat ze hier niet in een speeltuin zitten, ze zitten hier om hun hypotheken af te lossen. Sommige zijn zelfs al met de tweede hypotheek bezig, al moeten ze dat thuis nog wel even vertellen. "Schat, we moeten praten." Wanneer je met je beste vriend naar bed gaat dan ben je een vriend kwijt geraakt. In een sportschool reageer je af wat je thuis niet kwijt kunt. Schuldgevoel bijvoorbeeld.

Voor het eerst sinds de verjaring, drink ik. De familie Bodemloosvat is weer binnen. Het is carnaval en PSV speelt, we hebben de hele bar voor onszelf. We bespreken de line-up van Werchter en het prijskaartje dat eraan vast zit geklonken. Alsof ze in België pas dit jaar de euro invoeren, verhoogt de organisatie de toegangsprijs met 20%. Rare jongens, die Belgen. Het zal een retro editie worden. De meisjes achter de bar zoeken contact en komen bij ons staan. Achter de bar mogen ze niet meer roken, tussen ons in staan ze veilig en we geven ze onze sigaretten. Zestien Jaar vraagt hoe oud ik ben. "Drie espresso." Als ze klaar zijn met werken komen ze bij ons zitten en we voeren hen dronken. Onder werktijd mogen ze ook al niet meer drinken. De volgende stap is een volledig alcoholloze en rookvrije horeca. "Ik woon hier twee minuten lopen vandaan."

Het gedroomde team vertoont scheuren, nu al. Veertig uur per week naast iemand zitten is iets anders dan één keer per week samen lunchen. Ik schik me in mijn rol, natuurlijk, maar ik ga verder wel mijn eigen gang. Het afreageren op onze werkgever is gewijzigd in het afreageren op elkaar, onhandelbare gezinssituaties worden geprojecteerd op de collega’s op de werkvloer. Het loopt niet zoals we hadden gepland, en dus? Niet gaan lopen zeiken, accepteren en doorgaan. Ik had het ook graag anders gezien maar ik heb geduld. Ik ben geen bezit. Vriendschap is, eenmaal uit zijn verband getrokken, een valkuil die mensen niet willen zien. Alleen de prijs is anders.

Of wij ook op het feest komen, de Stam bestaat vijf jaar en er wordt grof uitgepakt. Natuurlijk komen we naar het feest. Zo hoort het, alles aanpakken om maar een feestje te kunnen bouwen, zeker met de adem van de grijpgrage projectontwikkelaars in je nek. Projectontwikkelaars die, voordat je het in de gaten hebt, onze hangplek opkopen, restylen en uiteindelijk plat zullen gooien. Vernieuwing is niet altijd verbetering, soms is het vervangen van een leertje voldoende. Bij mij tenminste wel. De barkeeper gaat diskjockey spelen. Dat is minder, de keren dat we hier onder schoonmaaktijd zaten waren muzikaal gezien niet het hoogtepunt. "Lekker drinken, altijd gezellig." Ja, met ons is het altijd gezellig, dat is waar, maar dat komt omdat wij wel bij onze leest blijven. Misschien kan hij de Bibiblues draaien, ik moet mijn handen weer eens laten wapperen. En anders kan ik altijd nog glazenophaler gaan spelen, die schoen zet ik blindelings in elkaar.

Ik heb afgeleerd op anderen te rekenen om te overleven, het is altijd nog goed gekomen. Het zal goed voor me zijn als het eens een keer fout zou gaan, ik zou ervan kunnen leren. Berlijn is een mooie stad om in te wonen, om in te leven, zestig jaar geleden zouden ze mijn kop hebben kaalgeschoren. Ik heb geen gezin, dat zal het zijn. Geen hypotheek trouwens ook. Eigenaren met hun woekerhuizen. Al lang afgeschreven verzamelingen steen en cement die om onbegrijpelijke reden toch steeds meer waard blijken te worden. Rembrandt heeft het cement zeker geschilderd.

Om zes uur ’s avonds sta ik in het rookhok, één sigaret verwijderd van het dagelijks opschonen van de mailinbox. Gestructureerd blijven werken, ook in onoverzichtelijke periodes. "Bier?" Het is een bekende stem. Mensen kunnen daas worden in onoverzichtelijke situaties. Gewoon, bij één beginnen, daarna doe je nummer twee. Het is net als met dronken worden, na afloop begrijp je elkaar. "Is goed. Zeven uur in de Stam." Het is een bijkomend voordeel van de promotie, we werken weer op dezelfde verdieping. Hij is mijn vriend niet, hij is mijn drinkebroer. Drank verbroedert. Ik ga niet naar een sportschool, ik ga naar de kroeg.

Jonge honden zijn vaak het ongeduldigst, als laatst gearriveerde ben ik de jonge hond. Nog een uit zijn verband getrokken woord, sla de datingsites er maar op na. Jonge hond van vijftig z.k.m. vrolijke vrouw tot veertig jaar. Het werkelijke verdraaid in omgekeerd evenredige proporties van het wenselijke. Nee, nakomelingetje. Alleenstaande gepensioneerde penis wil graag nog een keer seks, of mislukte levensgenieter staat met lege handen en zoekt een gat voor bij zijn graf. Dat moet er staan. De hypocrisie van de wel met erfgenamen voorziene zijn op de vrijdagavondborrels het ergst, de alomtegenwoordige verrotting van de getrouwde witte wijnmaffia met hun rechtgetrokken smoelen. Allebei getrouwd, ze hebben een match! Fuck your way to the top is uit, niets blijft meer geheim. Zeker niet nu ik hier ben komen werken. Kennis moet je delen, van elkaars vrienden blijf je met je poten af. Vaseline is ook goed voor je nagelriemen.

Zestien Jaar begrijpt het, de barkeeper zet drie espresso neer. Drank om te vergeten, zij om te verzachten. "Mijn ouders zijn heel modern." Dan hoop ik wel voor je dat je moeder haar handen thuis kan houden.